College legt zich neer bij uitspraak van Rechtbank over afsluiting Roode Steen

B&W beloven goed overleg met betrokkenen


Op dinsdag 10 augustus 2004 heeft het college van burgemeester en wethouders besloten de schorsing van de afsluiting van de Roode Steen en directe omgeving door de Rechtbank serieus ter harte te nemen. Het college kiest ervoor geen juridische strijd in de vorm van een bodemprocedure aan te gaan, maar het gesprek te hervatten met de bezwaarden en andere belanghebbenden.

De uitspraak van de Rechtbank betekent dat het college opnieuw de balans moet opmaken waar het gaat om uitvoering geven aan doelstellingen zoals die verwoord zijn in de Nota Verkeer en Parkeren. Dat gaat de komende maanden dan ook in nauwe samenspraak met de gemeenteraad en belanghebbenden gebeuren.
Daarbij is en blijft een autoluwe binnenstad een wezenlijke taakstelling die de gemeenteraad zich heeft gesteld middels vaststelling van de Nota Verkeer & Parkeren en die als zodanig is opgenomen in het collegeprogramma.

Het college heeft de gemeenteraad en de bezwaarden over het ingenomen standpunt geïnformeerd.

Roode Steen ’in oude toestand’
Vorige week dinsdag is de verkeerssituatie op en rond de Roode Steen in de ’oude toestand’ teruggebracht. Daarmee is het plein, dat per 1 juli van dit jaar autovrij was, weer toegankelijk voor gemotoriseerd verkeer.
Ondernemers en binnenstadsbewoners hadden bezwaar gemaakt tegen het verkeersbesluit dat tot afsluiting van de Roode Steen leidde. De Rechtbank in Alkmaar besloot op 3 augustus de verzoeken om voorlopige voorziening toe te wijzen en het verkeersbesluit te schorsen.

NVP
De verkeersmaatregel kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Na jarenlange discussie besloot de gemeenteraad in 2000 bij het vaststellen van de Nota Verkeer en Parkeren Binnenstad, dat de Roode Steen en omgeving autovrij moesten worden. Dit jaar was, na herinrichting van het Breed en het Achterom, de ‘operatie Roode Steen’ aan de beurt.
De verkeersmaatregelen gingen in op 1 juli 2004. Vanaf die datum was de Roode Steen verboden terrein voor brommers en auto’s. Borden en paaltjes maakten dit zichtbaar. Bedrijven konden hun bevoorrading regelen binnen zogeheten venstertijden en er kwamen ontheffingen om het gebied in te kunnen rijden.