Bespringingsfrequentie

Column Wally Ooms in Westfriesland op Zondag

HOORNGIDS | 
 

Velen van ons kunnen zich hun ouders niet voorstellen in woeste omstrengelingen met spetterende afloop. Binnen menig gezin kwam de uitkomst der speculaties over de bespringingsfrequentie van hun ouders ruwweg neer op tweejaarlijks. Veelal gebaseerd op het kindertal. Mogelijk met een enkele uitschieter vanwege een speciale gelegenheid of om andere redenen opkomende broeisels.

 

Het is hopelijk bezijden de waarheid, maar komt overeen met de vermoedens van vele leeftijdgenoten. Ook in ons gezin bezondigden wij ons in vroeger jaren wel eens aan bespiegelingen, waarbij we steevast uitkwamen op een uiterst bescheiden frequentie. Van een buurvrouw verderop werd vermoed dat haar frequentie niet overeen kwam met die van haar man. Bezoekjes van schielijk de belendende steeg induikende mannen met spiedende blikken waren daar debet aan, maar zeker ook buurvrouws oogopslag waar diepe verlangens en nog diepere geheimen vochten om voorrang. Soms nog zichtbaar pantalonliftend vertrokken de mannen dan weer na een voorspelbaar intermezzo, waarna buurvrouw steevast schoonmaakhandelingen veinzend bij de ramen te zien was. 


Universitair onderzoek

Een onderzoek door de universiteit van Flevoland naar oergedragingen, voortplantingstechnieken, geslachtsdrift, (gereduceerd) libido, anafrodisie en daaraan gekoppeld de bespringingsfrequentie en het daadwerkelijk tot actie overgaan als uitkomst der voorbereidende activiteiten, door de universiteit deftigjes aangeduid als coïtus of copulatie, heeft geen klaarheid gebracht in het frequentieonderzoek. Er wordt wat afgegist in onderzoekskringen. Wat wel uit het onderzoek bleek is dat met het klimmen der jaren ook de beklimmingen weer toenemen. Geen kinderen meer in de buurt, meer vrije tijd en geen verrichtingen die zouden kunnen leiden tot broedsel. De bekende filosoof H.J. Cruijff doelde daar mogelijk ook op met zijn fameuze uitspraak dat elk nadeel z’n voordeel heeft. 

Pastoor maant tot actie
De totstandkomingsactiviteiten werden in christelijke gezinnen in enigerlei mate gestimuleerd door jaarlijkse bezoekjes van personen van kerkelijke huize. Dezen werden om welke reden dan ook altijd vorstelijk onthaald in de speciaal daarvoor bestemde ruimte ten huize, zijnde een veelal met schuifdeuren toegankelijke voorkamer. Deze huiselijke opdeling werd in later jaren volkomen terecht opgeheven, mede ingegeven door het stijgend kindertal. Meneer pastoor moest het maar doen met een fikse zetel, waarin gezeten hij steevast werd voorzien van een kloek glas wijn en versnaperingen die over het algemeen aan de kinderen voorbijgingen. De kerkelijke bezoekjes zijn voor zover ik weet inmiddels afgelopen. Net als met 15 kinderen gezegende gezinnen, zoals bij buren van ons verderop het geval was. Kennelijk vonden pa en moe ondanks al dat gekrioel altijd wel een gaatje om aan het landelijk gemiddelde te werken.

Bespringingsfrequentie Bespringingsfrequentie