Terugblik op de toekomst

Column van Sjaak Grosthuizen

HOORNGIDS | Ik ben er nog lang niet aan toe om terug te zien op mijn leven, omdat er niet veel tijd meer over zou zijn om dat te doen. Ik ben van plan nog een flink aantal jaren in deze wereld rond te stappen en waar mogelijk een persoonlijk voetafdrukje achter te laten. Maar er zijn momenten dat ik het niet kan laten. Nu, in deze gekke tijd, lijk ik niet te kunnen ontsnappen aan de drang om eens terug te kijken naar hoe het vroeger was. Mijn ouders kwamen uit de tijd dat een aantal zaken, die wij nu doodnormaal vinden, nog enigszins in de kinderschoenen stonden. Vliegen, autorijden, telefoneren, medisch handelen, vrijetijdsbesteding, democratie, het was er allemaal al rond 1915.

Toen ik in 1948 het levenslicht zag, waren die zaken nog duidelijker aanwezig. Ver doorontwikkelde toepassingen maakten dat er een Wereldoorlog kon worden uitgevochten met miljoenen slachtoffers. Na die oorlog werden mijn leeftijdgenoten en ik geconfronteerd met een wereld waarin de maatschappelijke, politieke, technische, religieuze, financiële situatie veranderde met een snelheid die tot dan ongekend leek. Wie onder een steen bleef leven, zou elke keer wanneer daar onder vandaan gekropen werd zich lam schrikken over wat er dan weer veranderd was. Verdwenen in hun mening, want wie niet mee ontwikkelt, raakt alleen maar kwijt.

Tijdens mijn lagere schoolperiode op de St. Matthiasschool in Alkmaar  leerde ik rekenen en taal, een beetje geschiedenis en aardrijkskunde, met de bekende topolitanieën waarin ook opgenomen de Indische eilanden. Ik kan niet meer nagaan in hoeverre de kennis over de grootste gemene deler en het kleinste gemene veelvoud en meneer Van Dale die maar steeds op antwoord wachtte mij handig van pas zijn gekomen in mijn latere leven. Het rijtje Romeinse veldheren dat onze regionen bezocht ken ik ook nog steeds, maar van de meesten weet ik absoluut niet wat ze hier gezocht of gebracht hebben.

Wij kregen wel iets mee over de koude oorlog. Met de kinderen van het enige communistische gezin op de Kortenaerkade speelden we niet en kamperen deden wij nog in een door mijn ouders zelf genaaide tent. Ik weet nog dat de DC8 bij onze nationale luchtvloot kwam. Uit de luidspreker van de distributieradio werd daar verslag van gedaan en het kan zijn dat ik daar op een woensdagmiddag bij buurvrouw Veldman, die wel televisie had, iets van gezien heb. Na de verhuizing naar Den Helder gingen wij op een mooi moment ook een stukje met de tijd mee. We kregen televisie en telefoon. Ik kreeg eerst in de laatste jaren op de kweekschool berichten door dat men in het onderwijs ook een computer kon gebruiken. Dat was in het veel verder ontwikkelde Amerika.

Voorspellen waar die ontwikkelingen op alle gebieden toe konden leiden was een van de geliefde gespreksonderwerpen. Jules Vernes voorspellingen waren allemaal al waargemaakt en wij mochten verder filosoferen. Kweekschooldirecteur Pierre Möller hield in 1969 tijdens de werkweek die ik zelf hielp organiseren een betoog over ‘Het echec der zekerheden’, waarin hij de tijd waarin we toen leefden beschreef als een soort aardverschuiving van ideeën en opvattingen. En gelijk kreeg hij. Zelfs in Nederland – en nu denk ik af en toe met enige trots – juist in Nederland vonden al die andere opvattingen voedingsbodem en er werd niet van hogerhand getracht alle nieuwe dingen weg te houden of uit te roeien.

Mijn politieke bewustzijn, mijn functioneren in deze samenleving en mijn levenshouding veranderden soms meer dan ik zou toegeven, omdat ik dat nog niet door had. De wereld om mij heen, zeker de digitale wereld, is grondig veranderd en verder dan ik me kon voorstellen op het moment dat ik daarover de eerste voorstellingen kon bedenken. Ik weet dat het nog lang niet zal ophouden. De pandemie van nu zou het besef kunnen doen ontwaken dat de hele wereld met elkaar te maken heeft op dezelfde momenten, met dezelfde problemen, waarvoor alleen gezamenlijk oplossingen kunnen worden bedacht en gecreëerd.

Terugkijkend ontdek ik een stuk geschiedenis, die zo anders werd dan mijn toekomstverwachtingen van toen en ik weet nu één ding heel zeker. Er gaan binnen niet al te lange tijd dingen gebeuren die ik me nu ook nog nauwelijks kan voorstellen. De onzekerheid over de toekomst is de enige zekerheid die blijft.

Sjaak Grosthuizen schrijft zijn column Sjaak Grosthuizen schrijft zijn column