Twentse avonturen

Column Wally Ooms in Hoorn in het nieuws

Twentse avonturen
Voor de vakantie waren we neergestreken in het coronavrije deel van Twente, pal tegen de Duitse grens. De gehuurde vakantiewoning op het boerenerf, deftigjes als ’vakantiepark’ aangeduid, voldeed aan alle voorwaarden: geen subtropisch zwembad, geen ANWB-erkenning, geen enkele luxe. De omgeving leent zich uitstekend voor fietstochten. Dat stond ook uitgebreid beschreven in de aanprijzende tekst van de verhuurorganisatie. In de loop der jaren is mij duidelijk geworden dat het begrip ’uitvalsbasis’ garant staat voor een totaal gebrek aan enige vorm van vermaak. Als er te lezen valt dat de woning ’een prima uitvalsbasis’ is voor uitstapjes in de regio dan weet je zeker dat er echt helemaal niets te beleven valt.  
Van tevoren hadden we telefonisch contact gehad met de eigenaar, boer Frans, die in volstrekt onverstaanbaar Twents iets had gebrabbeld waar helemaal niets uit af te leiden viel. Van elke tien uitgesproken woorden bleek er één te verstaan. Na de geruststellende woorden ”’t löp wa lös” gingen we ervan uit dat we gereserveerd hadden.  

Frans
Bij aankomst werden we niet welkom geheten door eigenaar Frans. Afgaand op het eerder verlopen uiterst moeizaam telefonisch contact, waarbij ik erin geslaagd was om precies vier woorden te halen uit de circa 15 die Frans gesproken had, was dat maar goed ook. Dat we welkom waren bleek uit de sleutel die uitnodigend in het slot stak. We konden onze intrek nemen. Na enkele uren doemde Frans op. Hij bleek het huisje te bewonen pal naast het onze. Frans behoorde tot het zwijgende slag (”Leu dee niks te zeggen hebt proat vaak ‘t meest”) en als-ie al sprak dan verstonden alleen diens kinderen hem die op hetzelfde boerenerf een huis hadden. Wij in ieder geval niet. En Frans deed ook geen enkele poging om zich wél verstaanbaar te maken. Op school had hij de lessen Nederlands overgeslagen, wetende dat hij toch boer ging worden bij z’n vader op de boerderij. En dan had je helemaal niks aan die uitsloverige manier van praten. Franske, klein van stuk, ietwat slecht ter been en bij voorkeur tv-kijkend in zijn huuske, vormde in feite de grootste attractie op het erf. Zeker als hij zijn scootmobiel had bestegen waar hij mee rondscheurde om zijn dieren te verzorgen en korte, keffende gesprekken voerde met de gasten op het erf. Eén Twentse uitdrukking heb ik nog kunnen opsteken: Wel de koo slacht, is de melk kwiet. Logisch toch? Ajuu!

Twents tegeltje Twents tegeltje