Participatiegeluk

Column van Sjaak Grosthuizen

HOORNGIDS | Ik geef grif toe dat ik tot afgelopen week veel te weinig inzicht had in het begrip zorgklanten. Het moest wel gaan over mensen die helemaal aan de onderkant van alle sociale ladders staan, anders had men het wel over zorgcliënten. Gelukkig verstrekken wethouders met hun ambtenaren op voorbeeldige wijze informatie over alle begrippen waar raadsleden begrip van moeten hebben en daar kan elke burger ook de eigen kennis mee verrijken.

De zorgklanten zijn de personen die niet binnen vijf jaar te ontwikkelen zijn naar een of andere vorm van werk. Participatie is dan het hoogst haalbare. Er wordt mee bedoeld dat ze actief meedoen in de samenleving. Voor de groep waar WerkSaam geen brood in ziet staat de gemeente klaar met een budget dat 10% is van het geld dat beschikbaar is in het kader van de participatiewet. Als je mij had gevraagd hoe je dat zou moeten aanpakken had ik eerst mijn kop kaal gekrabd, maar gelukkig zijn er ook mensen die daar wel iets van kunnen maken. Participatiecoaches worden ze genoemd en ze schijnen zeker in de ogen van hen, die geen kaas hebben gegeten van het laten participeren van zorgklanten, goed werk af te leveren.

In de discussie die de raadscommissie deze week voerde werden beslist waarderende geluiden geregistreerd over het succes van de ingezette coaches, maar ook kritische geluiden. Er werd bijna anderhalve ton uitgetrokken van het budget om de participatiecoaches te kunnen betalen. Die werken in opdracht van de gemeente en dus werd hier en daar de conclusie getrokken dat we het dan hebben over ambtenaren en dat betekent dus ook dat het geld voornamelijk opgaat aan overheadkosten. Er zit enige logica in deze redenatie. Wanneer wij geld doneren aan het Rode Kruis om slachtoffers van een natuurramp uit de nood te helpen, dan willen we dat al het geld bij de slachtoffers terecht komt. Voedsel, nieuwe behuizing, ziekenzorg en noem maar op. We willen niet horen dat de organisatie een in onze ogen flink deel van de opbrengst gebruikt om de organisatie zelf overeind te houden.

Ik wil het politici best vergeven wanneer zij graag willen dat al het geld bij de zorgbehoeftige klanten terecht komt, maar dan moet je ook antwoorden hebben op de vragen wat je dan beter kunt doen en of je dan meer voor elkaar krijgt. Er lag een behoorlijk verlanglijstje klaar om de gemeentelijke participatiegelden aan te besteden. Volkshuisvesting, zorg, sociale zekerheid, armoedebestrijding, arbeid en duurzaamheid. Dat duurzaamheid zit tegenwoordig bij elk lijstje, maar is zo’n mooi en ruim te omschrijven gebied, dat zelfs ik kan aantonen dat het inzetten van participatiecoaches ook duurzaamheidsaspecten kent. 

Zorgklanten staan zo ver van participatie af, dat ze daar zelfstandig nooit meer bij kunnen komen. Het is of je van een kreupele verwacht dat hij niet alleen een beetje leert lopen, maar ook dat hij de hele Vierdaagse kan lopen, voordat hij ver voor de Via Gladiola bezwijkt. Misschien kun je als politicus die aanhikt tegen de huidige bestemming van de gemeentelijke participatiegelden ook besluiten om die klanten dan maar helemaal niet bij te staan, maar goed klinkende cadeautjes bedenkt om de mensen die moeilijk participant te krijgen zijn te gerieven. En dan het liefst een heel scala aan leuke dingetjes, want dat verkoopt beter en geeft duidelijker aan dat je als gemeente toch maar heel lovenswaardig bezig bent.

Het is de schijnbare magerheid van wat er nu wordt gedaan dat de tegenstelling met de behaalde resultaten zo groot maakt. Met de anderhalve ton per jaar maak je niet de doelstelling waar om twee coaches gelukkig te maken, maar een flinke groep klanten een stukje dichter bij iets van geluk te brengen. Prijs jezelf gelukkig dat het überhaupt mogelijk is. Maar misschien wordt mij nog eens uitgelegd dat ik er weer helemaal naast zit. Zo blijft politiek toch iets spannends houden.

Sjaak Grosthuizen schrijft zijn colum_participatie Sjaak Grosthuizen schrijft zijn colum_participatie