Reactie college op vragen bodemvervuiling stationsgebied

HOORNGIDS | Een groot deel van de Hoornse gemeenteraad heeft zich tot het college van B&W gewend om aan de weet te komen hoe het gesteld is met de bodemvervuiling in het stationsgebied. Aangegeven werd dat de raad onwetend was van het feit dat er rapporten beschikbaar waren, ondanks dat er verschillende verzoeken zijn uitgegaan om daarover te kunnen beschikken. Door stichting De Betrokken Poorter, waarin omwonenden van het stationsgebied in Hoorn vertegenwoordigd zijn, kwamen deze rapporten naar buiten na een WOB-verzoek. 

De raad kreeg destijds te horen dat het niet mogelijk was om onderzoek te doen naar bodemvervuiling, aangezien dat te kostbaar zou zijn en een groot deel van het Transferiumterrein dan voor langere tijd afgesloten zou moeten worden. Het college heeft inmiddels gereageerd op de door de raad gestelde vragen.

Geen geheim
In een eerste reactie laat het college weten dat het beeld dat hier wordt geschetst niet klopt: ”Dat er sprake is van bodemvervuiling in dit gebied is bekend. Er zijn inderdaad meerdere onderzoeken gedaan en dat is ook helemaal geen geheim. We herkennen het beeld helemaal niet dat de raad naar deze onderzoeken heeft gevraagd. Er is tijdens de raadssessies over het stadhuis wél gevraagd of de kosten voor de sanering waren meegenomen bij de bouw van een nieuw stadhuis. Het antwoord daarop was nee, omdat het stadhuis gebouwd zou worden op bouwrijpe grond. De kosten voor bodemsanering werden dus niet in dát project meegenomen, maar in het project Poort van Hoorn. Dat klopt ook.
We houden in de plannen voor de Poort van Hoorn vanzelfsprekend rekening met de noodzakelijke bodemsanering. De kosten zijn uiteraard ook meegenomen in de financiële besluiten. Laat ook duidelijk zijn: dit heeft op geen enkele manier meegespeeld in het plan om een deel van het parkeren en de traverse bovengronds te realiseren. Wat voor ondergrondse ontwikkelingen wél relevant is, zijn de grondsamenstelling en de bodemgesteldheid. Dat maakt het niet onmogelijk, maar wel risicovoller en aanzienlijk duurder. Daar is de raad ook uitgebreid over geïnformeerd. 
Tot slot loopt er nog een onderzoek naar de vraag of er een nog iets groter deel van de parkeeropgave ondergronds zou kunnen. Dat is ook toegezegd. Of dat lukt hang niet af van de vraag of we dat zouden willen, maar of het kan en ook betaalbaar is.”