Gewoon weer gewoon

Column van Sjaak Grosthuizen

Het was een beetje of ze weer naar school mochten na een lange zomervakantie of na een langdurige lockdown. Geen onlinegedoe meer, maar fysieke aanwezigheid. De algemene raadscommissie mocht in de vergadering van 1 juni weer gewoon naar het stadhuis komen en daar elkaar gewoon in elkaars aanwezigheid groeten, gewoon een grol uitwisselen, gewoon een paar momentjes beleven van de anderhalvemetermaatregel die nog niet is ingetrokken en elkaar nog steeds ongewoon over de mondneusbescherming heen in de stralende ogen kijken.

Elk commissielid dat het woord voerde gaf eerst aan het zo plezierig te vinden weer op de gewone manier te kunnen vergaderen, want ach, dat online gebeuren was het niet helemaal. Ik mocht de afgelopen tijd de scherm-utselingen thuis volgen en kon raads- en commissieleden horen en zien in hun eigen habitat en natuurlijk leer je daardoor de mensen eens op een andere manier kennen. Een enkeling werkte vanuit een werkkamer met een echte boekenkast met boeken, een ander had een waarschijnlijk echt schilderij aan de muur hangen. Bij iedereen kon je zien waar de camera zat en waar ze hun teksten vandaan haalden. En toch, over een paar jaar zullen we, wanneer we elkaar weer eens spreken over de afgelopen tijd, ons de momenten herinneren dat verbindingen uitvielen, stemrondes via de digitale snelweg af en toe omzeild werden door gewoon in de microfoon naar de griffier bekend te maken dat men voor dan wel tegen was en de sterk wisselende geluidskwaliteit doordat de sprekers heen en weer zwaaiend met lichaam en hoofd de eigen microfoon in totale verwarring brachten.

Ik moet bekennen dat ik het ook weer fijn vind lijfelijk het democratische steekspel te kunnen bekijken vanachter de perstafel. Ik heb daar even met het inzicht gespeeld dat de hartelijke groetende blikken en opmerkingen die ik hier en daar wisselde eigenlijk een teken kunnen zijn dat ik mijn verslaggevende taak ondermijnde. Ik moet hier openheid van zaken geven, opdat u als luisteraar naar de column of lezer ervan niet door mij op het verkeerde been gezet kan worden. Welnu, ik ontdekte dat de Hoornse politici mij dierbaar zijn geworden. Daar! Ik mag ze allemaal graag. Schrijf dan maar eens een verslag waarin hun disfunctioneren - want echt waar, men laat ook in Hoorn af en toe steken vallen – nauwgezet wordt opgetekend.

Maar dan stel ik mijzelf gerust met het argument dat ik in mijn leven als leraar mijn leerlingen allemaal een goed hart toedroeg en desondanks niet schroomde waar nodig corrigerend optrad. Ik sta elk jaar mijzelf een paar keer aan deze twijfel bloot en ook dit keer tracht ik geloof te hechten aan het argument dat ik als persmuskiet tracht zo objectief mogelijk verslag te doen van de raadsactiviteiten en daarnaast als columnist de ruimte neem om los te gaan in subjectief geneuzel. Om dat gescheiden te houden pers ik me elke week in een passende gedaante met bijpassende naam.

De vergadering duurde niet zo lang als geagendeerd werd, terwijl toch nog een extra item werd besproken. Eén verklaring is dat de twee te bespreken agendapunten handelden om het afgeven van een zienswijze over het functioneren van WerkSaam en de GGD plus de begroting voor het volgende jaar. Ik ken maar één raadslid die in staat is zelfs hierover tien keer het woord te vragen om daarin tien keer hetzelfde te zeggen. Hij zat er dinsdag niet bij en het commissielid uit de bedoelde fractie achtte haar bijdrage duidelijk genoeg. Eigenlijk waren het twee tamelijk bloedeloze onderwerpen.

Gelukkig werd door Menno Jas een als hamerstuk bedoeld onderwerp naar voren gehaald omdat er volgens hem iets aan mankeerde. Hij stond daar niet alleen in en het werd zonneklaar dat het heel nuttig bleek om nog even van gedachten te wisselen over de voorgenomen uitbreiding van de woonwagenlocatie en over het plaatsen van woningen in plaats van woonwagens. Robert Vinkenborg bracht leven in de discussie met de beschuldiging van het college mee te gaan in een lange traditie van racisme. Beide heren bleven niet de enigen met zo’n standpunt en de ferme uitlegtoon die wethouder Marion van de Ven normaliter bezigt veranderde allengs in een bijna schuchter toegeven dat de raad het uiteindelijk allemaal mocht bepalen. Zo werd het een avondje dat niet alleen leuk was vanwege de eerste keer na lange tijd, maar ook een door een pittig stukje inhoud. Nog even en dan worden rode konen van verontwaardiging ook weer een instrument om argumenten kracht bij te zetten. Kijk, en dat had je bijna niet met online gepruttel.

De inhoud van de column is uitsluitend voor rekening van de auteur. HoornRadio/HoornGids is niet ge- of verbonden aan een politieke partij of welke politieke richting dan ook, maar geheel autonoom, onafhankelijk en ongebonden.

Sjaak Grosthuizen leest zijn column_gewoon weer gewoon Sjaak Grosthuizen leest zijn column_gewoon weer gewoon

Reacties
Reactie: (Robert VInkenborg)
5-6-2021, 16:48
Helaas lijkt het alsof ik het college beticht van racisme. Het tegendeel is waar. Ik heb het college juist gecomplimenteerd met de positieve stappen die zijn gemaakt op het woonwagencentrum en dat ik in wethouder Marion van der Ven juist een medestander zie. Nergens heb ik het college ervan beticht mee te gaan in een "lange traditie van racisme." Ik zou eerder het tegendeel wil stellen. Mijn betoog raakte aan fouten in het verleden en het feit dat institutioneel racisme (van de instituten) nog steeds bestaat. Dus ook als Hoorn conform de lijn van de mensenrechten ondubbelzinnig kiest voor woonwagens, dan lopen bewoners weer tegen problemen op als dat ze bijvoorbeeld geen hypotheek kunnen krijgen. Ik heb de wethouder gevraagd ook daar aandacht voor te hebben.